Hooien
                  Gras Analyse voor Paarden

Hooi en Gras Analyse voor Paarden

Hooi en Gras
                  Analysevoor Paarden
Home Extra advies op maat
Juiste Analyse Aanvraag
Aandoeningen Kosten
Gangbaar hooi Contact
Links Dierenarts




Aandoeningen die kunnen ontstaan door slechte kwaliteit hooi

We zullen een aantal vaak voorkomende aandoeningen bij paarden noemen die veroorzaakt kunnen door een slechte hooikwaliteit.

Hierbij bedoelen met "slechte hooikwaliteit ":
  • veel energie, veel eiwit
  • veel suikers (enkelvoudig, zetmeel, fructaan)
  • veel ijzer
  • veel mangaan
  • veel fosfor
  • veel kalium
  • weinig vezel
  • weinig zink
  • weinig koper
  • weinig magnesium
  • weinig natrium

Andere aandachtspunten die binnen de holistische gezondheidszorg aandacht moeten hebben: natuurlijke hoefverzorging, voldoende bewegen, op de juiste manier voldoende beweging (recht richten), stressreductie, vermijden toxische belasting. Dus we willen hiermee zeggen dat niet alles om de voeding draait.

Voor meer informatie over voeding van het sportpaard kijken hier



Insuline resistentie, overgewicht en vetdepots (suikernek)

Teveel verteerbare suikers in het gras doen het insuline gehalte stijgen, omdat de suikerspiegel stijgt. Het insuline zet de ‘suikerpoort’ open van de spiercel en levercel. Als deze cellen vol zitten, wordt het overige suiker in de vetcel opgeslagen, waardoor zich vetdepots vormen (staartbasis, manekam). Deze vetophopingen beïnvloeden de werking van insuline, zodanig dat er steeds meer insuline nodig is om de deur open te houden. Dit noemt men insuline resistentie. Bij mensen zien we het suikergehalte in het bloed dan ook stijgen. Bij paarden blijft er suikergehalte vaak (hoog) normaal.

Tekorten aan zink en magnesium veroorzaken een verslechtering van de werking van insuline, waardoor vetstapeling versneld gaat optreden. Het overschot aan ijzer werkt zink tegen (antagonist), dus een dubbel negatieve werking. Insulineresistentie leidt ook nog eens tot een verhoogde opname aan ijzer uit de darm…. en magnesium wordt ook nog eens ‘lastig’ gevallen door het hoge kalium (‘antagonist’).




Gevoelige zolen en Hoefbevangenheid

Gevoelig lopen op stenige ondergrond is, uitzonderingen daargelaten, een lichte vorm van hoefbevangenheid. (zie ook zoolhoorn kwaliteit en zinken van het hoefbeen).
Bovengenoemde insuline resistentie veroorzaakt een slechte doorbloeding van de hoeflamellen, waardoor deze gaan ontsteken, zwellen en later afsterven. De lichaamseigen stress hormonen adrenaline en cortisone versterken dit proces.
Bovengenoemde karaktereigenschappen van ‘productiegras’ zijn een recept voor hoefbevangenheid voor de meeste pony’s. Maar ook warmbloedpaarden op een rantsoen van kuil en veel krachtvoer lopen vaak gevoelig (‘hebben ijzers nodig’) en kunnen ten prooi vallen aan hoefbevangenheid.
Het hoge aandeel ‘makkelijk verteerbaar vezel’ zorgt ook nog eens voor een snel vrijkomen van de suikers in de dikke darm, waardoor snelle fermentatie van fructanen kan zorgen voor opname van gifstoffen in het bloed, waardoor bevangenheid zou kunnen ontstaan.
Zink en koper maken deel uit van veel processen in het lichaam. Zij maken onderdeel uit van weefsel beschermende stoffen in de vorm van anti oxydanten. (superoxide dismutase). Als zink en koper zelf al in de ‘min’ zitten en ook nog eens tegengewerkt worden door een hoog ijzer, dan worden de lamellen nog eens extra verzwakt. De hechting tussen hoefbeen en hoefwand kan zo zwak worden dat het hoefbeen gaat zakken in de hoefcapsule (‘sinker’). Een geringe daling uit zich in ‘gevoelig lopen’.




Koliekerigheid en diarree

Niet zelden zien we bij silage gevoerde paarden een bruine rand op de muur van de box. Terwijl je tranen in de ogen krijgt van ammoniak.
Het hoge ruw eiwit bevat veel ‘tussenproducten’ zoals nitraat. Samen met het onvolledig verteerd eiwit is dit een soort gif aanval op de gunstige micro-organismen van de dikke darm, die gaan afsterven, waarna clostridia bacteriën gaan overheersen, die gas en toxische producten maken. De wand van de dikke darm raakt hierbij ook nog eens geïrriteerd. Winderigheid (gaskoliek) en diarree zijn het gevolg.




Witte lijn ziekten, hoefabcessen, brokkelhoeven, hoefwandscheuren, rotstraal, straalkanker

Als de verbinding tussen hoefbeen en wand loslaat en de hoefhoorn zelf zwak wordt, dan gaat de hoefwand  afwijken (‘flaren’). De laminae zelf zijn al zwakker geworden door de eerder genoemde slechte doorbloeding als gevolg van te veel suikers. De witte lijn verbreed zich en wordt kwetsbaar voor vuil en steentjes. Dit is ook een ingangspoort voor infectie (bacterieel: hoefzweer, schimmel: white line disease, en rotstraal).
Zink en koper maken deel uit van veel processen in het lichaam. Zij zitten in  weefsel beschermende stoffen in de vorm van anti oxydanten (super-oxide dismutase). Ook zorgen zij voor een sterke hoefwand. Zink zorgt ervoor dat de cellen ‘aan elkaar’ gelijmd blijven en koper zorgt ervoor dat hoorn gevormd kan worden via zwavelbruggen. Zoals eerder opgemerkt zitten zink en koper al in de min, tegengewerkt door het hoge ijzer.
We hebben dus een heel ‘scala’ aan hoefziekten met een gemeenschappelijke oorzaak: onevenwichtige voeding.




Gebleekt dof haarkleed

IJzer heeft de eigenschap dat het in overmaat weefsel kan beschadigen. Het is een zogenaamde pro-oxidant. Samen met waterstofperoxide in de haarzakjes, worden agressieve hydroxyl groepen gevormd, die de haarfollikels beschadigen. Dit op zich leidt al tot ‘bleken’.
Het lage en onderdrukte koper is nodig voor het enzym tyrosinase, dat ervoor zorgt dat haar zijn kleur krijgt. Het vormt het pigment melanine.
Te weinig koper – geen melanine- geen pigment.




Blessure gevoeligheid, OCD

Bij te weinig koper en onderdrukking van de koperwerking door teveel ijzer wordt het enzym lysyloxidase geremd. Dit enzym zorgt voor een versterking van bindweefsel en elastine moleculen in bot en peesweefsel. Pezen worden hierdoor elastisch en sterk, waardoor ze minder snel beschadigen bij belasting. Botweefsel en kraakbeen worden sterker, zodat er geen scheurtjes, gaten en flappen ontstaan op de gewrichtsvlakten van jonge paarden (OCD, DOD).
Dus een gebrekkige werking van het enzym lysyloxidase door een kopertekort leidt tot meer blessures en kraakbeenafwijkingen.
Overmatige spierstijfheid en – spanning door het magnesium tekort maakt het paard nog gevoeliger voor blessures, terwijl het zink tekort de inbouw van calcium in botweefsel belemmert (remming van het enzym calmodulin).
Het magnesiumtekort en de kaliumovermaat leiden tot een verhoogde schichtigheid en prikkelbaarheid, via overstimulatie van het sympathische zenuwstelsel. Dit kan natuurlijk ook weer leiden tot meer ongelukken en blessures (niet alleen van het paard!)




Huid afwijkingen en jeuk

IJzer heeft de eigenschap dat het in overmaat weefsel kan beschadigen. Het is een zogenaamde pro-oxidant. Samen met waterstofperoxide in de haarzakjes, worden agressieve hydroxyl groepen gevormd, die de haarfollikels en huidvormend weefsel beschadigen.
De eerder genoemde vetdepots vormen tevens een opslagplaats voor toxische stoffen. De combinatie van verzwakte huid, minder doorbloeding, toxische stoffen, zorgen voor aantrekking van vliegen en insecten. Hier zien we een analogie met de plant, die bij veel eiwit en kalium verzwakt en ook aantrekkelijk wordt voor insecten.
Alsof het nog niet erg genoeg is, worden deze paarden ook nog allergisch voor van alles, maar vooral voor het speeksel van de knut. Deze allergie wordt niet alleen door de voeding veroorzaakt, maar ook door ontwormen, enten, bestrijdingsmiddelen, chemische medicatie etc. Maar het niet gebalanceerde hooi is ook allergie verwekkend. Eén van de negatieve effecten van teveel ijzer is een verandering van T cel rijping en vorming van schadelijke antigeen antilichaamcomplexen.




Gevoeligheid voor ziekten

We komen er langzaam achter dat ijzer overal zijn vinger in de pap heeft. Zijn trouwe handlanger is mangaan. De humane literatuur staat bol van het effect van ijzerovermaat op het verloop van infectieziekten. Schadelijke bacteriën tieren welig op ijzer bijvoorbeeld, terwijl het zinktekort het immuunsysteem verder onderuit haalt. Het kopertekort heeft een vergelijkbaat negatief effect als zink tekort. Bijvoorbeeld witte bloedcellen gebruiken koper als een met een soort katapult tegen bacteriën.
Koper is zeer essentieel voor het functioneren van ons zenuwstelsel. Gekke koeienziekte zou veroorzaakt worden door een kopertekort.  Organofosfaten, werden als pour on middel verplicht werden ingezet tegen de koeienhorzel. Het insectenmiddel cheleert (zeg maar: bindt) koper, terwijl polyvalent mangaan de leeggevallen plek inneemt in het centraal zenuwstelsel, met desastreuze gevolgen….
De veroorzaker van de ziekte van Lyme is een mangaanliefhebber. Als ijzer te weinig aanwezig is, kan hij hiervoor mangaan gebruiken. Helaas is dit metaal vaak veel te ruim vertegenwoordigd in ons hooi.
De grote negatieve effecten van teveel ijzer, mangaan, suiker en eiwit verzwakken ons immuunsysteem systeem. Helaas zijn er te weinig 'tegenwerkers' om tot een evenwichtige balans te komen.




ADHD gedrag, verkrampte spieren, huidtrillingen, agressiviteit, schrikachtigheid, scheefheid.

De overmaat aan kalium (vaak 20x te veel) en zouttekort leidt tot ‘teveel kalium in het bloed, terwijl natrium achterblijft’. Dit was ook duidelijk bij patiënten van onze praktijk IR achtige symptomen. Kalium en natrium zijn betrokken bij de voortgeleiding van prikkels langs onze zenuwen. De onbalans van K:Na leidt tot een voortdurende verhoogde prikkelbaarheid van zenuwweefsel, waardoor spieren meer onder spanning komen te staan. Dit wordt nog versterkt door het magnesium tekort. Magnesium werkt relaxerend op spierweefsel, terwijl kalium en calcium toniserend (samentrekkend) werken. Dit werkt ook zo in de hersenen met als gevolg rusteloosheid, schrikachtigheid en soms agressiviteit. Verder leiden de overvloedig aanwezige suikers tot hyperactief gedrag.




Voeding van het Sportpaard

"With flowing tail and flying mane, Wide nostrils, never stretched by pain, Mouth bloodless to bit or rein, And feet that iron never shod, And flanks unscar'd by spur or rod A thousand horses - the wild - the free - Like waves that follow o'er the sea, Came thickly thundering on. "
by Lord Byron

De paardenwereld staat bol van tradities,  links opstijgen, bijzetten, ronde ijzers, zijn daar voorbeelden van. Een andere diepgewortelde misvatting is: hooi etende paarden krijgen grasbuiken en die kunnen niet presteren.

Hooi etende paarden krijgen niet allemaal een grasbuik en paarden met een grasbuik kunnen presteren.

Dit ligt aan de manier van voeren, paarden houden en trainen:

In de eerste plaats is natuur hooi een goede bron van nutriënten. Er zijn hooisoorten die bekend staan om hun hoge zout en magnesium (en jodium) gehalten. Vaak wordt het beste hooi dan ook in de omgeving van de zee gemaakt. Nadat we goed hooi ook nog eens om kleine onderdelen uitgebalanceerd hebben, gaan we richting een perfecte nutriënten balans.

Hooi heeft ten opzichte van gras een minpuntje: het vitamine E gehalte wordt door het drogen en bewaren te laag. Dit moet bijgegeven worden (4 x 500 IE Vit E capsules human grade/dag).
Verder daalt het aplha linoleenzuur als zeer belangrijke bron omega vetzuur. Dit wordt bijgegeven in de vorm van lijnzaad (100 g gebroken lijnzaad en 50 g lijnzaad olie).
Afhankelijk van het hooi moeten misschien nog  gejodeerd zout bijgegeven worden.

Als we gaan trainen stijgt de energie behoefte. Deze zal in de vorm van een eiwitarm graan zoals spelt het beste zijn. Deze energiebron zal gedeeltelijk de d.s. opname uit ruwvoer verdringen. Voor renpaarden ligt het maximum aan graan:ruwvoer op 50:50. Altijd het graan ‘op en neer laten gaan’ met training intensiteit. Het meest succesvolle renpaard aller tijden was Stanerra, een merrie, die de Japan cup verscheidene keren won. Stanerra at maar liefst 12 kg hooi en 12 kg granenmengsel. Maar zij trainde elke dag maar liefst 24 km.

 De trainer van Stanerra gaf ook nog de volgende adviezen:
  • ‘voer de arbeid’
  • gebalanceerd 80:20 tot 50:50 rantsoen, verdeeld over de dag
  • hooi als ruwvoer
  • geen ‘vrije’ dagen, zeker niet voor paarden in ‘renconditie’
  • gedurende training en competitie, handhaving van gewicht of iets gewichtstoename
Als toch een ‘vrije dag’ wordt ingepland, reduceer dan de krachtvoergift met de helft en verhoog het ruwvoerdeel. Combineer dit met vrije beweging (niet in de box zetten!).

Geef het krachtvoer samen met een beetje ruwvoer, let op de ontlasting en zorg ervoor dat de paarden onderling contact hebben. Zet waardevolle hengsten samen met ruinen of zwangere merries op de wei. Creëer stabiele groepen. Ontneem ze de sociale contacten niet omdat ze ‘waardevol’ zijn. Begin pas met echte training en de eerste wedstrijd op 4 jarige leeftijd.

Studies uit Zeden geven aan dat ook endurance paarden het beste op een hoog ruwvoer rantsoen gehouden en getraind kunnen worden. Tijdens de stops het ruwvoer gepeletteerd aanbieden.

Dus:
  • hooi is basis
  • hooi uitbalanceren met mineralen en spoorelementen
  • spelt als energiebron (spelt bevat minst eiwit)


Biomentor Foundation

Broekhem 65
6301 HE Valkenburg
Tel:+31-43-6011418
E-mail :
stichting@biomentor.org